
2018/05/20
Genomineerd!

2018/05/14
Zegels & Pegels
Op 16 mei wordt in Het Nutshuis de tentoonstelling 'Zegels & Pegels' geopend. Hier kun je door de rijke geschiedenis van de Haagse Nutsspaarbank en Fonds 1818 wandelen. Samen met vormgeefster Meta Menkveld mocht K&WH aan dit mooie project meewerken. Nieuwsgierig geworden? Meer info: fonds1818.nl.
2018/04/27
De onderduikkinderen van Tante Zus
In de media is er al veel aandacht voor geweest, de nieuwe tentoonstelling in het Museon: De onderduikkinderen van '"Tante Zus". Deze vraagt juist in dit Jaar van Verzet aandacht voor een onderbelichte verzetsvrouw: de (Haagse) kunstenares Ru Paré, die 52 Joodse kinderen hielp onderduiken. Prof. Wim Willems schreef haar biografie, die wordt begeleid door een dubbeltentoonstelling.
In het Museon wordt Paré’s verzetswerk belicht (t/m 23 september) en in Pulchri Studio wordt haar artistieke oeuvre getoond (vanaf 25 augustus). Vanuit K&WH fungeert Audrey Wagtberg Hansen als gastconservator voor dit bijzondere project. De tentoonstellingsvormgeving is verzorgd door BURO M2R, de grafische vormgeving door IMvormcommunicatie.
2017/05/24
Oog voor wat telt
Op 23 mei 2017 nam bestuurder Roland de Wolf, na 27 jaar betrokkenheid, afscheid van zorgorganisatie Saffier. Bij deze gelegenheid is de publicatie Oog voor wat telt. De Saffier Groep: zorg en huisvesting voor Haagse ouderen sinds 1734 gepresenteerd. K&WH dook hiervoor weer diep in archieven: van 18de-eeuwse oudeliedenhuizen tot moderne woonzorgcentra. Het resultaat is een rijk geïllustreerd boek, dat de geschiedenis van Haagse ouderenzorg schetst. het eerste exemplaar werd in ontvangst genomen door Gerben Hagenaars, directeur Welzijn (Gemeente Den Haag).
Drie eeuwen (ouderen)zorg
Saffier is eind 2010 voortgekomen uit een fusie van eerdere organisaties, waarvan de wortels teruggaan tot de 18de eeuw. Zo komen zorglocaties WoonZorgPark Swaenesteyn (1734), Maison Gaspard de Coligny (1745) en WoonZorgPark Loosduinen (1776) voort uit de armen-, wees- en oudeliedenhuizen van verschillende Haagse kerkgemeentes. Mannen en vrouwen leefden hier strikt gescheiden, sliepen op grote gezamenlijke slaapzalen, en hadden nauwelijks privacy of inspraak. Regenten en religie bepaalden alle aspecten van hun dagelijkse leven.
In de jaren 80 bleek de verzorgingsstaat echter niet meer haalbaar. Sindsdien is het zorgbeleid gericht op het zo lang mogelijk zelfstandig wonen. Het huidige Saffier wil (ouder wordende) mensen ondersteunen om zichzelf te zijn en blijven, thuis wonend of in een van haar locaties. Haar doelstelling is ‘oog voor wat telt’, genieten van de gewone dingen die het leven zo bijzonder maken. Zelfstandig of met hulp van vrienden en familie, en met zorg waar nodig. Saffier ontwikkelt onder meer nieuwe woonconcepten en behandeling voor kwetsbare doelgroepen, niet alleen ouderen.
Tentoonstelling
Boekpresentatie 'Oog voor wat telt', v.l.n.r. Ria van Haaften, Gerben Hagenaars, Roland de Wolf. Foto: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
Saffier is eind 2010 voortgekomen uit een fusie van eerdere organisaties, waarvan de wortels teruggaan tot de 18de eeuw. Zo komen zorglocaties WoonZorgPark Swaenesteyn (1734), Maison Gaspard de Coligny (1745) en WoonZorgPark Loosduinen (1776) voort uit de armen-, wees- en oudeliedenhuizen van verschillende Haagse kerkgemeentes. Mannen en vrouwen leefden hier strikt gescheiden, sliepen op grote gezamenlijke slaapzalen, en hadden nauwelijks privacy of inspraak. Regenten en religie bepaalden alle aspecten van hun dagelijkse leven.
Na 1900 werden op particulier initiatief meer gerieflijke pensions en ‘rusthuizen’ voor ouden van dagen opgericht. Zo stonden daadkrachtige vrouwen achter de oprichting van het huidige Huize Royal (1922) en Mechropa (1955). Na de Tweede Wereldoorlog breidde het sociale zorgstelsel zich in rap tempo uit en werd de bouw van ‘bejaardenoorden’ gestimuleerd door de overheid. De oprichting van Nolenshaghe (voorheen Preva, 1968) en De Lozerhof (1973) zijn voorbeelden uit die periode.
![]() |
Boekpresentatie 'Oog voor wat telt', toelichting auteurs. Foto: Arnaud Roelofsz/Saffier. |
Het boek over Saffier en haar voorlopers illustreert hoe de woonvormen, wijze van zorgverlening en (bejaarde) bewonersgroepen in drie eeuwen ingrijpend zijn veranderd. Opvallend is dat veel zorgvraagstukken uit het verleden nog altijd de gemoederen bezighouden. Van de 18de tot de 21ste eeuw – iedere generatie luidt opnieuw de noodklok voor (ouderen)zorg. Dat besef dwingt tot inzicht. Naast verschuivingen in beleid en beroep, komen ook herkenbare en huiselijke zaken aan bod: van de 18de-eeuwse 'schaftlijst' tot de introductie van ‘nieuwigheden’ als warm stromend water en televisie op de kamer. Ook de meest markante bewoners, medewerkers en bestuurders komen voorbij, waarbij opvalt dat tussen hen steeds een warme band ontstond en zij zich door bezuinigingsrondes niet lieten kisten. Kortom: een verrassend en inspirerend boek voor beleidsmakers, zorgverleners, bewoners van zorglocaties en liefhebbers van lokale geschiedenis.
Tentoonstelling 'Oog voor wat telt', Atrium. Foto: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
De publicatie wordt begeleid door een gelijknamige expositie in het Atrium van het Haagse Stadhuis. Bewust is gekozen voor een ‘huiselijke’ en toegankelijke vorm: een reeks kamerschermen naar ontwerp van Meta Menkveld. Ze zijn te zien tot 20 juli 2017 en reizen daarna langs de zorglocaties van Saffier, zodat ook (minder mobiele) bewoners en wijkgenoten ze daar kunnen bekijken.
Publicatie
De publicatie is verkrijgbaar voor belangstellenden: Andréa A. Kroon/Audrey Wagtberg Hansen, Oog voor wat telt. De Saffier Groep: zorg en huisvesting voor Haagse ouderen sinds 1734, Den Haag 2017 (ISBN: 978-90-827050-0-3). Bestellingen kunnen worden gericht aan: geschiedenis@saffiergroep.nl. Een bijdrage aan het Welzijnsfonds Saffier wordt hierbij op prijs gesteld. (Het boek vormt tevens de basis voor een serie tijdschriften, waarin steeds de geschiedenis van één zorglocatie, één hoofdstuk, is opgenomen. Deze zijn bestemd voor bewoners en medewerkers van de betreffende locaties van Saffier.)
Publicatie
De publicatie is verkrijgbaar voor belangstellenden: Andréa A. Kroon/Audrey Wagtberg Hansen, Oog voor wat telt. De Saffier Groep: zorg en huisvesting voor Haagse ouderen sinds 1734, Den Haag 2017 (ISBN: 978-90-827050-0-3). Bestellingen kunnen worden gericht aan: geschiedenis@saffiergroep.nl. Een bijdrage aan het Welzijnsfonds Saffier wordt hierbij op prijs gesteld. (Het boek vormt tevens de basis voor een serie tijdschriften, waarin steeds de geschiedenis van één zorglocatie, één hoofdstuk, is opgenomen. Deze zijn bestemd voor bewoners en medewerkers van de betreffende locaties van Saffier.)
Labels:
boeken,
Den Haag,
KWH projecten,
tentoonstellingen
2016/07/23
Vormen uit Vuur
Graag vragen we aandacht voor het mooie tijdschrift van de Vereniging van Vrienden van Glas en Ceramiek: Vormen uit Vuur. Hieraan mocht Andréa Kroon/K&WH recentelijk twee bijdragen leveren:
'Draken, dodo's en gedrochten. Het fantasierijke oeuvre van Cirque de Pepin' in nr. 231 beschrijft de keramieksculpturen van de Haagse kunstenaar Pepijn van den Nieuwendijk. Hij laat zich onder meer inspireren door Chinees porselein en Delfts-blauwe kaststellen, waaruit dan ook elementen in zijn humoristische en tegelijk macabere kunstwerken zijn terug te vinden.
Het tweede artikel, 'Symbolen en rituelen. Vrijmetselaarssymboliek in Chinees exportporselein', verscheen in nr. 230. Dit gaat in op de productie van punch kommen en ander serviesgoed voor Europese vrijmetselaarsloges rond 1800, en verklaart de complexe symboliek van dit bijzondere type exportporselein.
Beide exemplaren zijn natuurlijk los te bestellen via de redactie, maar kunst- en cultuurliefhebbers raden we aan om zich meteen te laten verleiden tot een lidmaatschap van dit prachtig verzorgde tijdschrift.
'Draken, dodo's en gedrochten. Het fantasierijke oeuvre van Cirque de Pepin' in nr. 231 beschrijft de keramieksculpturen van de Haagse kunstenaar Pepijn van den Nieuwendijk. Hij laat zich onder meer inspireren door Chinees porselein en Delfts-blauwe kaststellen, waaruit dan ook elementen in zijn humoristische en tegelijk macabere kunstwerken zijn terug te vinden.
Het tweede artikel, 'Symbolen en rituelen. Vrijmetselaarssymboliek in Chinees exportporselein', verscheen in nr. 230. Dit gaat in op de productie van punch kommen en ander serviesgoed voor Europese vrijmetselaarsloges rond 1800, en verklaart de complexe symboliek van dit bijzondere type exportporselein.
Beide exemplaren zijn natuurlijk los te bestellen via de redactie, maar kunst- en cultuurliefhebbers raden we aan om zich meteen te laten verleiden tot een lidmaatschap van dit prachtig verzorgde tijdschrift.
Symboliek in architectuur
Hieronder een impressie van de tentoonstelling Symbolen in architectuur: vrijmetselarij van Den Haag tot Java, zoals die op Tong Tong Fair 2016 te zien was:
Entree tentoonstelling in Cultuurpaviljoen, ontwerp Meta Menkveld.
Bezoekers nemen selfies in de 'tempel'. Foto's: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
Replica van een 18de-eeuws Leerlingtableau.
|
2016/05/10
Vrijmetselaarstempels: een onderbelichte categorie cultureel erfgoed
Open Monumentendag 2016 zal in het teken van ‘symbolen en iconen’ staan. Daarom kreeg K&WH van de afdeling Monumentenzorg/Gemeente Den Haag de mooie opdracht om een tentoonstelling te maken over Symbolen in architectuur. De expositie belicht een vrijwel onbekende categorie architectuur: de gebouwen van vrijmetselaars.
Het eerste deel van de expositie, Symbolen in architectuur (I): vrijmetselarij van Den Haag tot Java, zal vanaf 28 mei te zien zijn op de Tong Tong Fair, het jaarlijkse Aziatische festival op het Malieveld in Den Haag. Vrijmetselarij is een inwijdingsgenootschap, dat veel van haar symboliek ontleent aan het bouwambacht en bijbelse bouwverhalen als dat van de Tempel van Salomo. In de tentoonstelling wordt het ontstaan van de vrijmetselarij in Nederland in 1734 en de rol van loges in de handelscontacten met Azië belicht, als ook de zogeheten logegebouwen die in Den Haag en op Java uit deze activiteiten zijn voortgekomen.
![]() |
Inwijding van een vrijmetselaar, gravure, 1745. Foto: CMC Prins Frederik, Den Haag. |
Deze gebouwen worden gekenmerkt door de aanwezigheid van rituele ruimtes, gebruikt voor de inwijdingen. Symbolen spelen een belangrijke rol in dit type gebouwen, zowel in de vorm van decoraties, als in de vorm van 'verborgen' patronen in ontwerpen en plattegronden. Vaak werden ze gebouwd en ingericht door (bekende) architecten en kunstenaars onder de leden van het genootschap, wat ze ook vanuit kunsthistorisch oogpunt van belang maakt.
In Nederland zijn veel logegebouwen gesneuveld in de oorlogsperiode of als gevolg van stadsvernieuwing aan het einde van de 20ste eeuw. Vooral de tempelruimtes moesten het ontgelden. Zo ging eind jaren 90 het meest representatieve voorbeeld op de Fluwelen Burgwal 22 verloren; alleen de gevel staat er nog. Maar Den Haag kan trots zijn op het tempelcomplex in De Ruijterstraat 67-67a, gebouwd in 1913-1916 door architect K.P.C. de Bazel, en nu onderdeel van het Museum voor Communicatie. Dit is een uniek voorbeeld van 'westers esoterische' architectuur.
In Nederland zijn veel logegebouwen gesneuveld in de oorlogsperiode of als gevolg van stadsvernieuwing aan het einde van de 20ste eeuw. Vooral de tempelruimtes moesten het ontgelden. Zo ging eind jaren 90 het meest representatieve voorbeeld op de Fluwelen Burgwal 22 verloren; alleen de gevel staat er nog. Maar Den Haag kan trots zijn op het tempelcomplex in De Ruijterstraat 67-67a, gebouwd in 1913-1916 door architect K.P.C. de Bazel, en nu onderdeel van het Museum voor Communicatie. Dit is een uniek voorbeeld van 'westers esoterische' architectuur.
De bewaard gebleven logegebouwen op Java zijn eveneens van belang, niet alleen als voorbeeld van dit type rituele architectuur, maar ook als onderdeel van het gedeelde erfgoed (shared heritage) tussen Nederland en Indonesië. De ontwikkeling van de loges en hun ledenbestand, waarin eerst Euraziaten en later ook Aziaten werden opgenomen, weerspiegelde de verschuivingen in koloniale politiek.
![]() |
Loge De Vriendschap, Soerabaja, opgericht 1809. Foto: CMC Prins Frederik, Den Haag. |
In de tentoonstelling, vormgegeven door Meta Menkveld, kunnen bezoekers zelf de de ‘geheime’ symboliek en rituele functie ontdekken, die de gebouwen van vrijmetselaars zo bijzonder maakt. In september zal het tweede deel van de tentoonstelling, in het kader van Open Monumentendag 2016, te zien zijn in het Atrium van het Stadhuis: Symboliek in architectuur (II): de ‘tempel’ van De Bazel. De aandacht verschuift dan naar het bijzondere, monumentale tempelcomplex van De Bazel uit 1916. Rondom de tentoonstelling wordt een uitgebreid activiteitenprogramma van lezingen, cursussen en rondleidingen door vrijmetselaarstempels aangeboden. Meer informatie is te vinden op tongtongfair.nl/programma en tongtongfair.nl/vrijmetselarij.
2016/05/09
Publicaties online
Een van onze goede voornemens is inmiddels gerealiseerd: het online, voor iedereen, toegankelijk maken van onze oudere publicaties. Via onze profielpagina’s op Academia.edu kunt u artikelen lezen en downloaden over uiteenlopende onderwerpen, zoals:
- Haags-Indisch erfgoed,
- iconografie van de sfinx in de 19de eeuw,
- cultureel erfgoed van de vrijmetselarij,
- ontwerpen en experimenten van Henri Verstijnen (1882-1940),
- het overheidsbeleid m.b.t. textielconservering sinds 1945,
- sierpapier,
- en nog veel meer.
- iconografie van de sfinx in de 19de eeuw,
- cultureel erfgoed van de vrijmetselarij,
- ontwerpen en experimenten van Henri Verstijnen (1882-1940),
- het overheidsbeleid m.b.t. textielconservering sinds 1945,
- sierpapier,
- en nog veel meer.
Het betreft bijdragen aan kunsttijdschriften, postprints van symposia en vouwbladen bij tentoonstellingen. Boeken kunnen pas worden toegevoegd wanneer de oplages uit de handel zijn en/of de uitgever toestemming verleent, dus daarvan zijn alleen korte samenvattingen te zien.
2015/12/07
Mini-maçonniek-museum
Zucht van verlichting: de verdediging van het proefschrift is achter de rug. Het is nog lang nagenieten van alle goede wensen, foto's en het gezellige weerzien met oude vrienden. Voor iedere promovendus is zo'n dag een bijzondere ervaring, maar vast niet iedere promovendus ontvangt daarbij zo'n bijzonder cadeau. Cirque de Pepin ontwierp speciaal voor deze gelegenheid een draagbaar 'vrijmetselaarsmuseum', waarin de fantasiewereld van deze Haagse kunstenaar én alle thema's uit het proefschrift prachtig samenkomen.
Het cadeau kreeg de vorm van een kistje, geïnspireerd op 19de-eeuws Japanse lakdozen met maçonnieke tableaus. In plaats van de Tempel van Salomo staat hierin een geleerde uil als symbool voor de wetenschapper centraal. Op de onderzijde prijkt een dodo, een persoonlijke mascotte die ook in het proefschrift zijdelings voorbij komt. De kist behelst bovendien drie kleinere voorwerpen, waarin de symboliek van de vrijmetselarij is vermengd met Aziatische motieven. Een blauw-witte kom, geïnspireerd op Chinees exportporselein, waarin het uiltje opnieuw opduikt. Een koddige dodo in kleuren, die verwijzen naar imari porselein. Een schootsvel, opgerold in Chinese papier, zoals een vrijmetselaar dat vermoedelijk in zijn reiskist mee naar Azië nam. Op de kolommen prijken 'lange lijzen'.
Kist met inhoud. Ontwerp: Cirque de Pepin, Den Haag. Fotos: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
Dodo, kom en schootsvel. Ontwerp: Cirque de Pepin. Foto's: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
Detail van de onderzijde van de kist. Ontwerp: Cirque de Pepin. Foto: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
Daarmee was de koek echter nog niet op. Cirque de Pepin portretteerde ook de promotor, co-promotor en promovenda in een drieluik. Ieder van hen ontving zijn/haar eigen portret, geïnspireerd op Daguerrotypieën en exportporselein. Zo weerspiegelen de drie delen hun gezamenlijke reis door de tijd naar Azië.
De Legendarische Hoogleraren I en II, en De Promovendus. Ontwerp: Cirque de Pepin. Foto's: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
Verder kregen de hoogleraren van de oppositiecommissie als dank voor hun sympathieke vraagstelling ('we're not here to praise Ceasar, but to bury him') een speciaal flesje Vry Metselaar's Kruyt van Van Kleef 1842, met een etiket naar een prent van Hogarth. Deze prent werd in het proefschrift geïdentificeerd als een referentie aan een tafelloge. (Helaas voor vrijmetselaren: het flesje is niet in de handel.)
Achteraf begrijp ik dat er (hoe toepasselijk!) een aantal 'secret meetings' met de kunstenaar heeft plaatsgevonden. Is het niet een beetje zorgelijk dat mijn vennoot in K&WH er zo goed in geslaagd is dit snode cadeauplan volkomen voor mij verborgen te houden? Wat voorspelt dat voor de zakelijke samenwerking? Genoeg gegrapt, ik ben superblij met dit mooie aandenken en in één klap beginnend collectioneur. Dank aan Pepijn, de paranimfen en alle lieve samenzweerders voor hun gulle bijdragen aan dit geweldige cadeau! xxx Andréa.
Meer info over Cirque de Pepin:
http://pepijnvandennieuwendijk.com.
https://nl-nl.facebook.com/pepijn.vandennieuwendijk
https://www.flickr.com/photos/pepijn-van-den-nieuwendijk/
![]() |
Etiketontwerp van Cirque de Pepin. |
Meer info over Cirque de Pepin:
http://pepijnvandennieuwendijk.com.
https://nl-nl.facebook.com/pepijn.vandennieuwendijk
https://www.flickr.com/photos/pepijn-van-den-nieuwendijk/
Labels:
aziatische kunst,
dodo,
KWH projecten,
moderne kunst,
westerse esoterie
Dodo of geen dodo?
'Bij zon en maan, wind en regen, kom je leuke dingen tegen', zo stond in de jaren 70 in de Nederlande editie van Dr. Seuss leesboekjes. Het spreukje gaat zeker op bij archiefonderzoek, waarbij je soms leuke dingen vindt die helemaal niets met je onderzoeksonderwerp te maken hebben. Zo kwam Andréa Kroon bij haar onderzoek in 19de-eeuwse vrijmetselaarsarchieven uit Semarang (Java), in verder doodserieuze notulenboeken, in een kantlijn een klein schetsje tegen van een vogel. Op het eerste gezicht dacht ze: een dodo! Zoals trouwe bloglezers weten, heeft K&WH namelijk iets met dodo's. In de 19de eeuw was dat beest echter allang uitgestorven, dus is dit niet 'wishful thinking'? Deze doodle zou natuurlijk ook een artistiek minder geslaagd portret van een Javaanse vogel kunnen zijn, of gewoon een 'mislukte' kip of duif.
Zoals Andréa in haar recent voltooide proefschrift schrijft, was er in de 18de en 19de eeuw een druk verkeer tussen de verschillende vrijmetselaarsloges langs de handelsroute om de Kaap naar Azië. Uit visiteurenboeken van loges op Java blijkt dat zij regelmatig werden bezocht door Franse vrijmetselaren van Mauritius, die in militaire dienst of een handelsfunctie de wereld afreisden. De dodo had rond 1815, van welk jaar de bewuste notulen dateren, al iets van zijn legendarische status. De vogel werd afgebeeld door natuurhistorici, die het nog altijd niet precies eens zijn over zijn uiterlijk. Je kunt je goed voorstellen, hoe een logelid uit Mauritius in een pauze aan zijn 'Broeder' in Semarang heeft willen uitleggen, welke vreemde vogels vroeger op zijn eiland zwierven. Zou het dan toch een dodo zijn? We zijn benieuwd naar de mening van lezers, reageer gerust.
Schets in archief van loge La Constante et Fidèle, Semarang, ca. 1815. Collectie: CMC 'Prins Frederik', Den Haag. Foto: Kroon & Wagtberg Hansen, Den Haag. |
![]() |
Schetsen uit het scheepsjournaal van De Gelderland,
begin 17de eeuw. Collectie: Nationaal Archief, Den Haag. Foto: Wiki Commons. |
Labels:
dodo,
KWH projecten,
Nederlands-Indie,
negentiende eeuw
Abonneren op:
Posts (Atom)