Posts tonen met het label achttiende eeuw. Alle posts tonen
Posts tonen met het label achttiende eeuw. Alle posts tonen

2018/11/20

Avontuur in Azië



Op 23 november presenteert het Vrijmetselarij Museum te Den Haag haar eerste tentoonstelling: ‘Avontuur in Azië’. Deze belicht een onbekend onderwerp: de vrijmetselarij als wereldwijd sociaal netwerk sinds 1734. De tentoonstelling en het begeleidende magazine zijn samengesteld door gastcurator dr. Andréa Kroon. Zij promoveerde als kunsthistorica op het proefschrift Masonic networks, material culture & international trade (Universiteit Leiden 2015).

Reizende vrijmetselaren
In de 18de eeuw was reizen naar Azië een levensgevaarlijk avontuur. Wie in dienst van de VOC naar een overzeese handelspost vertrok, wist niet of hij de reis zou overleven. Zou hij onderweg schipbreuk lijden, in ‘de Oost’ zijn fortuin maken of jammerlijk bezwijken aan een exotische ziekte? Vaak liet zo’n reiziger zich voor zijn vertrek inwijden tot vrijmetselaar. Als Leerling werd hij opgenomen in de Broederschap: een wereldwijd sociaal netwerk, dat hem onderweg nog goed van pas zou komen. 

Japanse lakdoos met vrijmetselaarssymbolen, begin 19de eeuw.
Collectie Vrijmetselarij Museum, Den Haag.
 
Sociaal vangnet
Het lidmaatschapsbewijs fungeerde als een soort paspoort en reisverzekering tegelijk. Hiermee werd een lid in loges aan verre kusten als 'Broeder' met open armen ontvangen, wegwijs gemaakt in de lokale samenleving en - in geval van nood - in praktische of financiële zin ondersteund. Het samenkomen in de loge herinnerde aan thuis. Onder het genot van een maaltijd en een borrel werden er vrienden gemaakt en zakelijke contacten gelegd, en nieuws van thuis uitgewisseld. Bovendien vertrouwde men het transport van brieven, geldwissels en goederen liever toe aan een Broeder, dan een vreemde.

Band met VOC
Vrijmetselaars bekleedden hoge posities in de VOC, het bestuur van de handelsposten, de bemanning van schepen. De loges vormden een belangrijk netwerk langs de handelsroute naar Nederlands-Indië, India, Ceylon, Japan en China. Leden waren betrokken bij de internationale handel in lakwerk en porselein, en bestelden bijzondere stukken met symbolen uit de ‘geheime’ rituelen. De tentoonstelling biedt een kennismaking met de rol van dit wereldwijde sociale netwerk in de koloniale geschiedenis van Zuidoost-Azië. 

Punchkom met vrijmetselaarssymboliek, 1790-1810.
Collectie Vrijmetselarij Museum, Den Haag
.
Erfgoed
Naast een bijzonder gedachtengoed, liet de vrijmetselarij ook een fascinerende materiële cultuur achter. Loges waren opdrachtgever van allerlei lokale architecten en ambachtslieden. In rituele architectuur, interieurs, rituele en decoratieve voorwerpen raakten westerse en oosterse stijlen vermengd. De bewaard gebleven logegebouwen in Zuidoost-Azië zijn een voorbeeld van gedeeld erfgoed (‘shared heritage’). 

Primeur 
Conform de symboliek van de vrijmetselarij, is de vormgeving van de expositie gebaseerd op de gulden snede. Bovendien presenteert het museum een primeur: bezoekers kunnen letterlijk door de geschiedenis bladeren in een uniek boek, dat op hun handbewegingen reageert. Het is een kruising tussen een ouderwets papieren boek en een digitale kennisomgeving. Al bladerend wordt de bezoeker verrast door beelden die tot leven komen en kan zich via beeld, woord en geluid verdiepen in hoofdpersonen, museale topstukken en 'geheime' symboliek. De techniek achter deze bijzondere ervaring werd speciaal voor het museum ontwikkeld door een ontwerpteam: Meta Menkveld i.s.m. Spatial Motion, Pillar Games en DEFRAME.

Praktische info
De tentoonstelling is nog te zien tot herfst 2019. Het magazine Avontuur in Azië. Vrijmetselarij als wereldwijd sociaal netwerk sinds 1734 (50 pag., ISBN: 978-90-826826-1-8, € 7,50) is in het museum te verkrijgen. Informatie over openingstijden, entreetarieven en activiteiten zijn te vinden op: vrijmetselarijmuseum.nl

2016/07/23

Vormen uit Vuur

Graag vragen we aandacht voor het mooie tijdschrift van de Vereniging van Vrienden van Glas en Ceramiek: Vormen uit Vuur. Hieraan mocht Andréa Kroon/K&WH recentelijk twee bijdragen leveren:


'Draken, dodo's en gedrochten. Het fantasierijke oeuvre van Cirque de Pepin' in nr. 231 beschrijft de keramieksculpturen van de Haagse kunstenaar Pepijn van den Nieuwendijk. Hij laat zich onder meer inspireren door Chinees porselein en Delfts-blauwe kaststellen, waaruit dan ook elementen in zijn humoristische en tegelijk macabere kunstwerken zijn terug te vinden.


Het tweede artikel, 'Symbolen en rituelen. Vrijmetselaarssymboliek in Chinees exportporselein', verscheen in nr. 230. Dit gaat in op de productie van punch kommen en ander serviesgoed voor Europese vrijmetselaarsloges rond 1800, en verklaart de complexe symboliek van dit bijzondere type exportporselein.
Beide exemplaren zijn natuurlijk los te bestellen via de redactie, maar kunst- en cultuurliefhebbers raden we aan om zich meteen te laten verleiden tot een lidmaatschap van dit prachtig verzorgde tijdschrift.

2015/10/03

Het is af !

Het is al een tijdje stil op deze blog, omdat K&WH heeft ondervonden dat spreekwoordelijke 'laatste loodjes' inderdaad zwaar kunnen wegen. De afgelopen jaren werkte Andréa Kroon als buitenpromovendus aan de Universiteit Leiden aan een proefschrift, dat zij in november zal verdedigen. In het bulletin van de VNK beschreef ze recentelijk hoe een buitenpromovendus die tevens zelfstandig ondernemer is, eigenlijk maar een vreemde eend in de bijt is in het universitaire wereldje.

Prent uit de reeks Assemblée des Francs-Maçons, 1744.

Waar gaat dat kunsthistorische proefschrift eigenlijk over? Masonic networks, material culture & international trade. The participation of Dutch freemasons in the cultural & commercial exchange with Southeast Asia, 1735-1853 is de formele titel van het boek. Dit beschrijft in zo'n 900 pagina's de oprichting van vrijmetselaarsloges langs de handelsroute naar India, Ceylon, Nederlands-Indië, Japan en China. Die loges hadden veel VOC-personeel en latere handelslieden als leden. Ze hebben een bijzondere materiële cultuur voortgebracht, van logegebouwen op Java tot Japans lakwerk met vrijmetselaars-symbolen. Dat onderwerp vroeg om het combineren van visies uit verschillende vakgebieden, wat straks ook terug te zien zal zijn in de samenstelling van de oppositiecommissie. Over de inhoud van het boek later natuurlijk meer, maar eerst moet de auteur de ceremonie nog doorstaan.


De uitnodiging voor de verdediging werd ontworpen door de Haagse kunstenaar Pepijn van den Nieuwendijk, waaraan we in deze blog al eerder aandacht besteedden. Toepasselijker kan niet, want juist deze kunstenaar liet zich in zijn ontwerpen vaak inspireren door Chinees porselein. We hopen dat hij als vervolg op De intellectuelen wellicht in de toekomst De kunsthistorici eens treffend zal portretteren...

2012/10/09

Ode aan Praz



Zoals we in een eerdere blog signaleerden, is de verbeelding van de dood in de kunst een ‘trending topic’ binnen het vakgebied. Het Staedel Museum in Frankfurt komt nu met de tentoonstelling Schwarze Romantik. Von Goya bis Max Ernst (waarom eigenlijk de één zonder en de ander met voornaam?). Ze is geheel gewijd aan de duistere zijde van de kunst uit de negentiende en begin twintigste eeuw.
 J.H. Füssli, Der Nachtmahr, 1790-91.
© Frankfurter Goethe-Haus - Freies Deutsches Hochstift
De inspiratiebron voor de samenstellers was het bekende boek van Mario Praz, La carne, la morte e il diavolo nella letteratura romantica, uit 1930 (dat in vertaling als The Romantic Agony in de K&WH boekenkast staat). De tentoonstelling laat zien hoe kunstenaars gefascineerd werden door gruwel en lijden, de ‘zieke’ hoekjes van de menselijke geest, het mysterieuze, de eenzaamheid, het kwaad en natuurlijk de dood.
De tentoonstelling is opgebouwd uit zeven delen. De draad wordt opgepakt bij de bloedige gebeurtenissen tijdens de Franse Revolutie. De harde strijd en de daaropvolgende periode van ontnuchterende wetenschappelijke ontdekkingen, stimuleerden kunstenaars de harde, realistische zijde van het leven te verbeelden. Er ontstond echter een tegenbeweging, die zich van de rede afkeerde naar de droom en het onderbewuste, en van het zonnige landschap naar het avondrood en de nacht. Uiteraard ontbreekt De Nachtmerrie van Johan Heinrich Füssli (1741-1825), een iconisch schilderij, niet in deze presentatie.

F.W. Murnau (1888-1931), filmstill uit Nosferatu. Eine Symphony des Grauens, 1922.© Friedrich-Wilhelm-Murnau-Stiftung
Voor deze expositie zijn meesterwerken bij elkaar gehaald: van Romantici als Goya, Füssli, Blake en Friedrich, tot Symbolisten als Moreau, Redon en Klinger, en Surrealisten als Magritte, Dalí en Ernst. Naast meer dan 200 kunstwerken worden filmfragmenten van horrorklassiekers als F.W. Murnau’s Nosferatu (1922) en James Whale’s Frankenstein (1931) getoond. Als smaakmaker dient deze video:



Wie de eerdere kaskrakers Kunst und Wahn (Wenen, 1997) en Melancholie (Parijs, 2005) heeft gemist, moet beslist een inhaalslag maken door nu naar Frankfurt te reizen.
Carlos Schwabe, The Wave, 1907.
© Musée d’art et d’histoire de la Ville de Genève
De tentoonstelling is overigens onderdeel van een groter project Impuls Romantik, opgezet door het Kulturfonds Frankfurt RheinMain. In de periode 2012-2014 wordt de Romantiek in diverse evenementen belicht, met nadruk op vele regionale kunstenaars en auteurs, zoals Goethe en de gebroeders Grimm. Dergelijke ambitieuze en langdurige initiatieven zie je helaas niet zo snel in ons landje. Een geweldig interessant initiatief, dat hopelijk zeer succesvol zal zijn en navolging zal krijgen. Na Frankfurt reist de tentoonstelling in 2013 door naar het Musée d’Orsay, dan met de pakkende titel L'ange du bizarre. Le romantisme du Goya à Max Ernst.

2010/04/02

Vuile lakens

Van 26 tot 29 juli 2010 vindt een internationale workshop plaats in Villa Vigoni, Menaggio, Italie. Het wordt georganiseerd door prof. Dr. Joseph Imorde (Universiteit Siegen) en Erik Wegerhoff (Zwitsers Instituut voor Technologie, Zurich). Deze heren hebben een interessant thema gekozen: 'Dirty Sheets. The Underside of the Grand Tour'.
De kunstgeschiedenis staat bol van publicaties over de Grand Tour - verplichte snoepreisjes voor jonge, welgestelde heren langs de hoogtepunten van kunst en cultuur in Europa. In de academische discours is die Grand Tour en het daaruit deelmakende bezoek aan Italie altijd omschreven als een geweldige ervaring, een verrijking van het intellect, die kunstenaars voor altijd beinvloedde. Eindelijk breekt nu iemand met de traditie: deze heren besteden aandacht aan de grauwe keerzijde van dit soort reizen. Er bleven ook minder positieve reisverhalen bewaard, waaruit blijkt dat reizigers evengoed totaal gedesillusioneerd thuiskwamen. Een voorbeeld:
'Give what scope you please to your fancy, you will never imagine half the disagreeableness that Italian beds, Italian cooks, Italian post-horses, Italian postilions, and Italian nastiness, offer to an Englishman?' Sharp, Letters from Italy (1766), p. 43 (Brief XI, Rome, oktober 1765)'
De twee-daagse workshop wil de weerzin en afkeer van Italie in historische context bestuderen, om de geschiedschrijving weer enigszins in balans te brengen. Een prima excuus om zelf een snoepreisje te ondernemen. Informatie: imorde@kunstgeschichte.uni-siegen.de of erik_wegerhoff@yahoo.de.

2008/09/21

Herkauwer

De 18de eeuw is niet onze eigenlijke specialiteit. Dat neemt niet weg, dat we er graag een uitstapje naar maken. Vooral als dit wordt aangereikt door Herkauwer. Zijn blog is educatief en doet lezers regelmatig breed glimlachen; LOL (laughing out loud), zoals dat heet in 21ste-eeuwse digi-speak die wij nog maar net beheersen. Vooral zijn opmerkzaamheid richting recente ontwikkelingen in de kunstwereld willen wij u niet onthouden: Op de schedel gekrabt. (Ook briljant is Herkauwer's definitie van rap: 'hedendaagse penosepop, oftewel rapkunst, oftewel epiek gezongen door in klompgympen gestoken, naar beneden wijzende barden', geciteerd uit Dissertje.) Wij bevelen u deze digitale pennevruchten van harte aan.